Gebruikt Demir ingebrekestelling asbestbedrijven als politiek drukkingsmiddel?

Gepubliceerd op 13 maart 2024 om 14:14

Vlaams minister van Omgeving Zuhal Demir staat opnieuw in het middelpunt van de aandacht, deze keer vanwege haar streven om eerdere afspraken met asbestproducenten te herzien. Ze benadrukt dat deze bedrijven niet genoeg bijdragen aan de problemen die ze hebben veroorzaakt. De vraag is echter of ze in staat zal zijn om meer te bereiken in deze zaak.

Demir, lid van de N-VA, heeft eerder al SVK uit Sint-Niklaas aangesproken in januari. Onlangs heeft ze ook het bouwbedrijf Eternit (nu Etex) en het Amerikaanse Johns Manville aangeschreven. Haar eis is duidelijk: ze wil een grotere schadevergoeding van deze bedrijven voor het gebruik van asbest in hun producten gedurende vele jaren. Ze betoogt dat de overeenkomst van 4,8 miljoen euro die in 2014 met Etex werd gesloten verre van toereikend is. Sinds 2018 heeft de Vlaamse overheid al 169 miljoen euro uitgegeven om Vlaanderen asbestveilig te maken. De kosten dreigen nog op te lopen.

Volgens aansprakelijkheidsexpert Evelien de Kezel van de Universiteit Antwerpen in het onzeker of Demir daadwerkelijk een hogere schadevergoeding kan afdwingen middels een ingebrekestelling. Het opbreken van een dading lijkt volgens haar weinig realistisch, gezien het een overeenkomst is tussen twee partijen om een geschil te voorkomen of te beëindigen, zonder tussenkomst van een rechter.

De discussie over de rechtsgeldigheid van de ingebrekestelling richt zich op het feit dat een dading alleen kan worden vernietigd als er sprake is van bedrog. Demir lijkt te verwijzen naar een asbestvonnis van 27 november 2023, waarin de Brusselse rechtbank van eerste aanleg oordeelde dat Etex een 'opzettelijke fout' had gemaakt door asbest te produceren en gaf het slachtoffer, een man die kanker kreeg, een voorlopige schadevergoeding van 50.000 euro. Dit zou kunnen dienen als basis voor het betwisten van de dading.

De Kezel waarschuwt echter dat het argument van bedrog juridisch waarschijnlijk weinig steek houdt, gezien het algemeen bekend was dat asbest schadelijk is voor de gezondheid en dit al jarenlang bekend was, zowel bij de overheid als bij de bedrijven.

Een ander punt van discussie is het bedrag van de dading die de vorige regering met Etex afsloot. De Kezel legt uit dat in 2014 de ambitie op het gebied van asbestsanering nog niet zo hoog lag als nu. Destijds richtte het beleid zich voornamelijk op het opruimen van asbestafvalstoffen en het saneren van vervuilde sites. De afspraken waren in lijn met deze doelstellingen.

In 2018 is Vlaanderen een pak ambitieuzer geworden en heeft het een asbestveiligheidsplan geïntroduceerd. Tegen 2040 mag asbest in verschillende gebouwen geen gezondheidsschade meer veroorzaken, wat de kosten van asbestverwijdering aanzienlijk heeft verhoogd.

Het lijkt erop dat Demir vooral politieke druk wil uitoefenen met haar ingebrekestelling om zo de asbestproducenten te dwingen meer bij te dragen aan de kosten van sanering. Het is een dossier waar de N-VA zich al langer op profileert en hoewel het gevoel dat de producenten er goedkoop vanaf komen sterk is, blijft het juridisch gezien een uitdaging om dit hard te maken.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.